'En dan moeten ze nog betalen voor de illusie van een Eredivisie''

De OranjeLeeuwinnen kennen hun tegenstanders in de groepsfase van het WK 2019. De speelsteden zijn Le Havre, Valenciennes en Reims. Ideaal dus voor de Oranje-fans.

Zij worden dan ook in grote getale verwacht in Frankrijk. De NOS rekent daarnaast ook op miljoenen kijkers voor de live-uitzendingen. "Deze interesse voor het Nederlands vrouwenelftal staat in schril contrast met die voor de Eredivisie", zo schrijft Valentijn Driessen maandag in De Telegraaf.

"De enorme aandacht voor Oranje is volgens sommigen het moment om de Eredivisie te pushen. Speelsters, trainers, clubmensen, bondslieden en marketingboys verkondigen dat de Eredivisie de potentie heeft om uit te groeien tot een Europese topcompetitie. Twee miljoen euro en de verplichting aan Eredivisie-clubs een vrouwenafdeling op te richten zouden voldoende zijn om die stap te maken."

"Waarom moet dit probleem op het bordje van de profclubs worden gelegd? Dat is hun taak niet. Zij hebben al genoeg problemen om een sluitende begroting te presenteren en dan moeten ze nog betalen voor de illusie van een Eredivisie", vervolgt Driessen.

"De competitie is al niet om aan te zien omdat er te weinig kwaliteit voorhanden is met negen clubs. Bij zestien of achttien verwatert de kwaliteit nog verder. Kortom, het is kolder dat de verplichting een profafdeling vrouwen op te zetten het probleem van de Eredivisie oplost. Feyenoord is na jaren van morele chantage – alsof emancipatie samenvalt met vrouwenprofs – gezwicht voor de maatschappelijke druk en ontwikkelt een profafdeling."

"Toch blijft het onverantwoord van een profclub om willens en wetens een onzakelijke beslissing te nemen en een verliesgevende huishouding te organiseren. Er valt namelijk geen enkele zakelijke onderbouwing te bedenken voor een winstgevende vrouwentak. De hele Eredivisie wordt kunstmatig in stand gehouden. Dat kan ook niet anders met twee tot driehonderd toeschouwers en nauwelijks interesse van tv-zenders en sponsoren", aldus de journalist.