Nederlands onderzoek naar knieblessures: "Blijft een zwakke plek"
Voorstekruisbandblessures zijn een groot probleem in het vrouwenvoetbal. De Rijksuniversiteit Groningen onderzoekt middels een speciaal kniepak bij jonge speelsters hoe zij exact bewegen tijdens het voetballen om zo de kans op een zware knieblessure te verkleinen.
Onder andere Vivianne Miedema, Jill Roord en Aniek Nouwen kregen al te maken met dit langdurige kwetsuur. "Meisjes zijn sneller geneigd om bij het voetballen met hun knie iets meer naar binnen te buigen en wat stijver te bewegen - en dat is niet lekker voor die knie", legt hoofonderzoekster Anne Benjaminse legt aan de NOS. "Uiteindelijk willen we proberen zoveel mogelijk voorstekruisbandblessures bij jonge meisjes te voorkomen."
Volgens Benjaminse gaat het vaak fout als een verdediger op het verkeerde been wordt gezet door een schijnbeweging van de tegenstander. "Die moet dan lastminute naar rechts, in plaats van naar links. En daar is het lijf niet op voorbereid", stelt ze. "Zo'n knie blijft altijd een zwakke plek. We zien dat als vrouwen veertig of vijftig jaar zijn, de slijtage in de knie is toegenomen en dat betekent voor sommigen dat ze dan al een nieuwe knie moeten."
Het onderzoek, wat onder belangstelling van de UEFA gehouden wordt, moet volgend jaar resultaten opleveren. Benjaminse hoopt om samen met de KNVB een concreet plan van aanpak op te stellen voor Eredivisieclubs.